COPD-patiënt heeft te veel ongezond buikvet

Ik heb het nieuwsbericht alleen gepost ter informatie en was vanmorgen zeer verbaasd dat allerlei bijdragen waren verwijderd.
@JP Ik zou het jammer vinden als je van het forum wegblijft.

Het betreffende artikel: http://www.ajcn.org/content/early/2012/07/18/ajcn.112.040774.abstract

Wat de studie dus ontdekt heeft, is dat wanneer je 'gezonde' mensen en copd patiënten met eenzelfde vetmassa met elkaar vergelijkt, dit vet zich bij copd patienten meer rond de buik concentreert. De conclusie is dus niet dat copd patienten te dik zijn, maar dat hun vet anders verdeeld is over het lichaam.

(En het hebben van teveel buikvet wordt dan weer geassocieerd met een verhoogde kans op het ontstaan van ontstekingen in het lichaam en draagt dus mogelijk bij aan het ontstaan van copd)

Ik had tijdens het schrijven van mijn reactie hierboven nog even niet in de gaten dat er posts verwijderd waren. Excuses als het niet meer de bedoeling was dat er verder gepraat werd over het gewicht van copd patiënten.

Zoals ik al meerdere keren heb laten weten: dat soort onderzoekjes in verkorte manipulerende tekst slaan nergens op. Ze dienen doorgaans alleen om een proefschrift te kunnen inleveren en hebben wetenschappelijk weinig waarde.

Het zou al iets wetenschappelijker overkomen als bijvoorbeeld zou worden onderbouwd dat bij mensen, bij wie COPD wordt geconstateerd, geadviseerd wordt om te stoppen met roken, en dat deze mensen doorgaans in gewicht toe gaan nemen kan verschillende oorzaken hebben: te veel gaan snoepen, eten, drinken of een door de jaren heen gewijzigd metabolisme.

De eerste plek waar vet zich bij iedereen stapelt, is rond de organen, dus BBB. De commercie speelt daar uiteraard goed op in. Al ben ik van mening dat door de hele dag goed bewegen beter voor de verbranding van energie in je lichaam is dan een uurtje sportschool, waarna je geen pap meer kunt zeggen.

Hoewel dit niet het juiste topic is: ik lees momenteel ‘De voedselzandloper’ van Kris Verburgh. Uiteraard ook commercieel. Hij betrekt veel, mij reeds bekende, onderzoeken in zijn bevindingen en legt verbanden met verschillende gepubliceerde onderzoeken, waar ik het overigens niet altijd mee eens ben. Maar dat is het voordeel van vrije meningsuiting. Als we precies wisten waar alles door kwam, dan zou niemand ziek zijn. Hij zet je wel aan het denken als je er in geïnteresseerd bent.
Hij legt uit waarom suiker vergif voor je lichaam is en we dat met bakken vol naar binnen werken. Helaas legt hij niet zo goed uit dat koolhydraten niet altijd suiker hoeft te zijn, maar dat kan je zelf googelen. Suiker is namelijk een ‘lege’ calorie. Gelukkig staat dat wel altijd vermeld op de voedselinformatie. Hij geeft ook zijn mening over melkgebruik (lactose), diabetes II en de rest moet ik nog lezen.
In feite is het informatie over de bouwstenen van ons lichaam. Hij geeft ook niet exact aan hoeveel je ergens van zou moeten eten (ADH) maar meer verhoudingen. Ik zou zeggen: Of je nou COPD-patiënt bent of niet: blader het eens door bij de boekhandel of bibliotheek.

Clasina, op de website die ik net linkte staat alleen het abstract (=korte samenvatting) van het artikel. Dat de tekst kort is en dat er weinig wordt uitgelegd is daarom logisch en zegt niets over de wetenschappelijke waarde van het onderzoek. Ik ben wel benieuwd wat je precies manipulerend vindt aan de tekst?

En zoals ik hierboven al schreef, concludeert het onderzoek dus níet dat copd patiënten dikker zijn dan 'gezonde' mensen.

Naar mijn mening hoeven dit soort artikelen niet alle onderzoeksresultaten te bevatten (de proefschriften bevatten die allemaal wel en daarin moeten ze goed onderbouwd zijn). Dit is een artikel in een krant, wat dus voor iedereen begrijpelijk moet zijn.

En over buikvet in het algemeen, er is 'gezond' en 'ongezond' buikvet. Dat houdt in dat het vet binnen of buiten de buikholte zit.
Net als bijv. met een 'vette' lever heeft dat meestal niks met overgewicht te maken.

Als ik op Nutrim en COPD googel, komt het betreffende artikel niet naar boven, wat heel vreemd is als het van zo’n grote waarde is dat ANP daarvan op de hoogte gesteld wordt en alle bladen dit klakkeloos overnemen.

De volgende artikelen kwam ik wel tegen onder Nutrim COPD:


Nieuws

De NUTRIM Nieuwsbrief Periodieke Email Nutrim (P.E.N.) wordt samengesteld door de beheerders en richt zich op informatieverstrekking aan alle NUTRIM-medewerkers.
 
Nieuws archief


Nieuws 2012
Bijna kwart 40-plussers heeft COPD COPD komt veel meer voor dan gedacht, terwijl de ziekte bij de meeste personen onbehandeld blijft. Dit blijkt uit een steekproef uit de bevolking van Maastricht. Van de mensen ouder dan veertig jaar heeft 23,7% COPD. Van de mensen ouder dan 70 jaar heeft zelfs 41,6% COPD. Longarts Lowie Vanfleteren en collega’s namen een blinde steekproef van 592 personen ouder dan 40 jaar in de regio Maastricht en verrichtten bij al deze personen een longfunctie-onderzoek. Bij 28,5% van de mannen en 19,5% van de vrouwen is sprake van een chronische luchtwegvernauwing die bij COPD past. Dit percentage stijgt met de leeftijd en met het aantal gerookte sigaretten tot 41,6% bij de zeventig-plussers. Het onderzoek wordt deze maand gepubliceerd in Respiratory Medicine. Volledig persbericht.

Jan-Willem van Dijk et al. in www.NU.nl , afgelopen maandag 26-03-2012
Naar aanleiding van het (te) verschijnen artikel 'Exercise Therapy in Type 2 Diabetes: Is daily exercise required to optimize glycemic control?' in Diabetes Care, publiceerde www.NU.nl afgelopen maandag het artikel 'Inspanning effectief tegen bloedsuikerpieken'. MAASTRICHT - Uit de publicatie in Diabetes Care van Jan-Willem van Dijk en zijn collega-onderzoekers blijkt dat Diabetes type 2 patiënten die regelmatig trainen substantieel lagere pieken in hun bloedsuikerspiegels hebben na maaltijden. Zij hoeven hiervoor niet per se elke dag te trainen, zoals tot nu toe werd aangenomen. De effecten van dagelijkse trainingen van een half uur zijn hetzelfde als langere trainingen (van een uur) om de dag. Volledig persbericht.

EASO Young Investigator Award for Basic Science 2012 for Joris Hoeks
The European Association for the Study of Obesity (EASO) has awarded its prestigious Young Investigator Award for Basic Science to Joris Hoeks (dept. of Human Biology) for his outstanding contribution to the field of obesity. Joris' research primarily focuses on the role of mitochondrial (dys)function in the pathogenesis of obesity and obesity-associated insulin resistance, with special attention for mitochondrial uncoupling. Joris will receive the award and present his work during the Opening Ceremony of the 19th European Congress on Obesity in Lyon, France (May 9-12th).

Aanmoedigingsprijs 2011 van Sport & Geneeskunde voor Twan ten Haaf
Twan (begeleid door H. Savelberg en H. Ijzerman) kreeg de prijs voor het artikel "KinesioTaping en spierkracht; een sterk verhaal?".

Unilever Research Prijs 2011 voor Mark Hansen
Mark kreeg de prijs voor zijn masterthesis die hij gedaan heeft in de USA, onder begeleiding van Brett Goodpaster en Patrick Schrauwen.


Prof. dr. Emiel Wouters, onderzoekslijn 3
“Wetenschap is buiten de lijntjes kleuren”
Een collega omschreef hem onlangs als een simultaanschaker op twintig borden, die steevast tien zetten vooruit denkt. Prof. dr. Emiel Wouters, aan het hoofd van onderzoekslijn 3 (Chronic inflammatory disease and wasting), zal zoiets niet snel over zichzelf zeggen. “Wetenschappers moeten heel nederig zijn. We kunnen immers maar een kleine bijdrage leveren aan het oplossen van complexe problemen.” Aan het begrip van COPD heeft Wouters zijn bijdrage al geleverd. Dankzij hem wordt de ziekte tegenwoordig niet meer benaderd als puur een longziekte. Onder zijn leiding streven de onderzoekers van lijn 3 verder naar een integrale behandeling van COPD en meer toegang voor patiënten tot de verworven kennis.
Onderzoekslijn 3 richt zich op chronische inflammatoire longaandoeningen, waarbij COPD dient als model. Met de visie dat COPD meer is dan een luchtwegaandoening, maar bijvoorbeeld ook leidt tot spierverlies en andere metabole problemen, verwierf de onderzoeksgroep wereldwijde faam. “Het zuurstoftekort en de chronische ontsteking heeft zijn weerslag op veel lichaamsdelen. Wij zijn de eerste groep geweest die het spierverlies bij deze ziekte systematisch heeft ontrafeld. Daarmee zijn we toonaangevend in de wereld”, zegt Wouters die naast wetenschapper ook longarts is in het Maastricht Universitair Medisch Centrum+.
Klinische waarneming
“Ons onderzoek vertrekt vaak vanuit waarnemingen die we in de kliniek doen. Dat proberen we terug te brengen tot het fundamentele probleem dat eraan ten grondslag ligt en vervolgens brengen we onze bevindingen weer terug naar de patiëntenzorg in de kliniek. Dat is onze ultieme uitdaging. Want in basaal onderzoek op celniveau kun je een probleem mooi isoleren, maar vaak kom je er vervolgens achter dat de oplossing op patiëntniveau een dimensie moeilijker is dan je had bedacht. Zo hebben we al veel puzzelstukjes van COPD ontrafeld, maar de complete puzzel, het totaalbeeld van het ziekteproces, daar zijn we de komende tien jaar nog druk mee bezig.”
De samenwerking met partners wereldwijd, maar ook binnen andere Nutrim-onderzoekslijnen, is onontbeerlijk voor dergelijk onderzoek. Alleen samen kun je synergie bereiken. Zo werkt de groep van Wouters samen met de Universiteit van Vermont in de Verenigde Staten. Samen is het Dione instituut opgericht voor onderzoek naar chronische longaandoeningen. Promovendi worden uitgewisseld en elkaars sterktes worden benut. Ook is er aansluiting bij de wereldwijde ECLIPSE-studie naar COPD.
“Het gaat om zeer grootschalige, kostenintensieve studies. Zeker als je ook de genetische predispositie wilt onderzoeken heb je al snel tienduizend onderzoeksdeelnemers nodig. Daarom hebben we ons ook geëngageerd in The Maastricht Study, een MUMC+initiatief om een onderzoekspopulatie van tienduizend mensen uit deze regio samen te stellen. Zo kun je unieke gegevens verzamelen bij mensen in een voorstadium van COPD en dus werken aan preventie. We zoeken naar processen en mechanismen die we kunnen beïnvloeden.”
Valorisatie
Om de bevindingen in de zorgeconomie in te bedden, is financiële steun van bijvoorbeeld de Provincie Limburg (via de Versnellingsagenda) en de Stichting de Weijerhorst onontbeerlijk.
Wouters en zijn groep streven naar een zo optimaal mogelijke kwaliteit van leven voor patiënten met chronische longziekten. “Dat is onze valorisatie, dat de patiënt een maximaal rendement heeft van je onderzoeksresultaten. Dit academisch ziekenhuis is daarmee de ultieme spin-off; wij zijn eigenlijk de afdeling R&D van de kliniek. Maar we streven ernaar de kennis ook naar andere ziekenhuizen te brengen, via diverse netwerken, en het als een inktvlek over de wereld te verspreiden. Zo wordt wereldwijd bij COPD aandacht geschonken aan lichaamsgewicht: niet alleen ondergewicht, maar in toenemende mate ook de gevolgen van verstoringen in vetmetabolisme en zijn wij er zelfs in geslaagd ontvangers van deze vetboodschappers te identificeren in de zieke long.”
Tour de France
Behalve meer begrip van het ziekteproces COPD en meer valorisatie voor de patiënt streeft Wouters ernaar als onderzoeksgroep aan de top te blijven. “Je moet niet op je lauweren rusten als je één Tour de France hebt gewonnen. Wetenschap gaat wat mij betreft over het buiten de lijntjes durven te kleuren en het geven van kansen aan jonge mensen. Toen ik als jonge arts begon in de jaren tachtig viel me al snel de reductionistische benadering van patiënten op. Ik zag dingen die ik niet in de boeken kon terugvinden. Dan vraag je je af of er geen zaken over het hoofd gezien worden. Dat kenmerkt nog steeds mijn persoonlijke drive. Toen ik de kans kreeg een onderzoeksgroep op te zetten en ik koos voor COPD, was dat op dat moment geen vanzelfsprekende keus. Vijfentwintig jaar later bleek de evidentie pas. Soms moet je de wereld overtuigen van je idee. Vervolgens moet je niet stil blijven staan. Vanuit een open mind ontdek je dan steeds weer nieuwe onderzoeksvragen en dat maakt mijn werk ontzettend boeiend.”

Dus geen persbericht gevonden. Waarschijnlijk een e-mailtje geweest. Sorry voor de ruimte die het in beslag neemt.

@Aruba
Er is inderdaad gezond en ongezond vet. Heel eenvoudig gezegd: In gezonde vetten zit een knikje, in ongezonde vetten niet en kunnen zich dus mooi stapelen en worden stug en stijf. Vetten die zich moeilijk laten stapelen, blijven beter beweegbaar.
Blijft het feit dat vet, gezond of ongezond, zich eerst rond de organen vastzet. Als de lever om de een of andere reden het schoonmaken van het vette bloed niet meer aan kan, vervet de lever met alle gevolgen van dien.
Blijft dus, dat iedereen hier last van kan krijgen en niet specifiek mensen met COPD. Aangezien het merendeel van de bevolking te veel buikvet heeft, is het niet vreemd dat daaronder ook 90% COPD-patiënten zitten die rookt of gerookt heeft.

@Solstice
Sorry, ik had je link niet gezien. Zoals Verburgh schrijft (ik kan het niet korter verwoorden): Journals met een lage impactfactor zijn in de overgrote meerderheid. Het is immers veel gemakkelijker om daarin te publiceren. Op zich geen probleem. Meestal zorgen zulke tijdschriften er voor dat stofje x in de belangstelling komt te staan in de populaire pers. Ondertussen zal in de wetenschappelijke wereld dat stofje door andere wetenschappers uitgebreid getest worden. Zoals met vitamine E enige jaren geleden. Dat zou het risico op hart- en vaatziekten verminderen. Uit grotere en beter uitgevoerde onderzoeken die verschenen in gerenommeerde tijdschriften bleek vitamine E niet te helpen tegen hart- en vaatziekten. Maar nog steeds wordt het als zodanig aangeprezen.
Ik vind het manipulerend dat door de media allerhande teksten uit journals worden geplukt, in dit geval gespecialiseerd in voeding en niet in gezondheid. Binnenkort horen we vast iets van Proctor and Gamble of Unilever over een nieuwe margarine voor een nieuwe doelgroep.

@Stardust
Teksten uit gerenommeerde tijdschriften zie je alleen als er goed nieuws te vertellen is. Dat onderzoek zus of zo niet het verwachte resultaat heeft opgeleverd, krijgen wij nooit te lezen. Dat heeft geen nieuwswaarde. En daar haakt de commercie gretig op in.

Dit soort longnieuws vind ik wel interessant om te lezen en vraagt om duscussie, maar vraagt wel enige behoudenheid voor wat betreft de wetenschappelijk waarde.