Probleemjeugd uitgebuit op buitenlandstage
29-01-2010 om 08:12 uurProbleemjeugd uitgebuit op buitenlandstage
Jongen (colourbox)
AMSTERDAM - Jongeren die door jeugdzorginstellingen naar het buitenland worden gestuurd, werken daar soms bijna de hele week, onbetaald, 14 uur per dag. Er zijn projecten die het principe hanteren ‘als je niet werkt, krijg je geen eten’, wat in strijd is met de rechten van het kind. Ook worden gastgezinnen niet altijd goed gescreend, waardoor de probleemjongeren te maken krijgen met gastouders die uit onmacht schreeuwen en schelden.
Dat blijkt uit een onderzoek van de Inspectie Jeugdzorg, dat woensdag werd geopenbaard. Het rapport lag al een jaar op de plank. Volgens een inspectiewoordvoerder wilde de Inspectie Jeugdzorg minister Rouvoet (Jeugd) de tijd geven ‘zijn richting te bepalen’. Het is niet gebruikelijk dat inspectierapporten zo lang geheim blijven.
Eenderde van de jeugdzorgaanbieders heeft programma’s in het buitenland, die kunnen variëren van twee weken onder begeleiding survivallen tot een half jaar werken bij een boer. De meeste kinderen gaan naar Frankrijk, maar er zijn ook projecten in België, Oostenrijk, Polen, Engeland, Schotland en Denemarken.
In 2007 ging het in totaal om 331 jongeren, meestal tussen de 12 en 18 jaar oud. Zij hebben vaak zware problemen en worden naar het buitenland gestuurd om uit hun negatieve omgeving weg te zijn en aan hun gedrag te werken.
Volgens professionals die de inspectie heeft gesproken, worden gastgezinnen niet altijd goed gescreend. Daardoor kan het gebeuren dat gastouders de jongeren pedagogisch niet aan kunnen, wat uitmondt in schreeuwen en schelden. Ook de Nederlandse begeleiders die in sommige gevallen meegaan, vormen een risico. Doordat zij alleen werken en geen ondersteuning of correcties krijgen van collega’s, verslapt hun vermogen de jongeren methodologisch te begeleiden.
Hoewel de kinderen worden geplaatst via erkende Nederlandse zorginstellingen, is er in het buitenland nauwelijks toezicht mogelijk. De Inspectie Jeugdzorg heeft geen bevoegdheid om instellingen over de grens te bezoeken.
Minister Rouvoet kondigde deze week in antwoord op Kamervragen van Marianne Langkamp (SP) aan dat toezicht te gaan verbeteren. In de toekomst zouden zorginstellingen dan bij de inspectie moeten melden welke jongeren zij waar plaatsen, en welke buitenlandse organisatie verantwoordelijk is voor het toezicht. Het gebrek aan toezicht speelt ook in de particuliere opvang van probleemkinderen binnen Nederland. Iedereen kan zo’n opvang beginnen – de Inspectie Jeugdzorg is niet bevoegd om er controles uit te voeren.
Afgelopen zomer werden ongeveer twintig kinderen weggehaald in twee particuliere opvanghuizen, nadat er ernstige misstanden waren gemeld – het personeel bleek niet geschoold, kinderen liepen weg. Na dat incident bepaalden de provincies, die verantwoordelijk zijn voor de uitvoering van de jeugdzorg, dat de Bureaus Jeugdzorg geen kinderen meer in particuliere instellingen mochten plaatsen. In november bleek na een inventarisatie dat dit in de praktijk nog wel gebeurde.
Bron