Hoesten: beter zonder antibiotica

Huisartsen kunnen minder antibiotica voorschrijven aan patiënten met hoestklachten zonder dat deze mensen hierdoor langer ziek zijn. Dat blijkt uit onderzoek van de CAPHRI School for Public Health and Primary Care van het Maastricht Universitair Medisch Centrum+.

Onderzoekers hebben hiertoe twee verschillende methodes onderzocht. Wanneer huisartsen gebruik maakten van een sneltest om ernstige infecties uit te sluiten (de zogenoemde C-reactief proteïne test uit één druppel bloed) of hun hoestende patiënten na een training in communicatieve vaardigheden de nodige uitleg gaven, schreven ze aanmerkelijk minder antibiotica voor. Slechts 20 tot 40 procent van de hoestpatiënten kreeg nog antibiotica, terwijl dit normaliter minimaal 70 procent is. De resultaten van de Maastrichtse studie waaraan 40 huisartsen en 431 patiënten deelnamen, verschenen deze week in het toonaangevende British Medical Journal.

Huisarts/ onderzoeker Jochen Cals benadrukt dat zowel praten als prikken afzonderlijk effectief waren om het aantal antibioticarecepten omlaag te brengen: “Maar huisartsen die tijdens het onderzoek beide methodes gebruikten, schreven uiteindelijk de minste recepten uit. De deelnemende huisartsen gaven aan dit waardevolle handvatten te vinden bij deze alledaagse klacht. Belangrijk is echter vooral dat patiënten even spoedig herstelden – na ongeveer drie weken - en zeker zo tevreden waren met de geleverde zorg.”

Veel Nederlanders komen jaarlijks bij hun huisarts met hoestklachten die forse beperkingen kunnen opleveren in de dagelijkse bezigheden. Antibiotica hebben meestal geen nut bij door infecties van de luchtwegen veroorzaakte hoestklachten. Bovendien kunnen deze middelen vervelende bijwerkingen geven en leidt veelvuldig gebruik tot bacteriën die ongevoelig worden (resistentie).Toch verlaten veel hoestpatiënten de spreekkamer van de huisarts met een recept voor antibiotica. 80 procent van alle antibiotica wordt in Nederland voorgeschreven door huisartsen. Van de hoestende patiënten met een infectie van de lage luchtwegen krijgt circa 80 procent een antibioticum, meestal onnodig. Cals hoopt dat dit grote aantal tot het verleden zal behoren wanneer Nederlandse huisartsen de onderzochte methoden op grotere schaal kunnen gaan gebruiken. “De methoden halen onrust weg bij zowel huisarts als patiënt. Door de sneltest kan de huisarts een ernstige infectie uitsluiten en door de verbeterde communicatieve vaardigheden van de huisarts krijgt de patiënt duidelijke uitleg over zijn klachten en de (on)zin van antibiotica.”

bron