Therapietrouw begint in de spreekkamer
24-01-2007 om 17:09 uurAl decennialang lukt het niet de therapietrouw van patiënten te verbeteren. Terwijl daarmee volgens de Wereldgezondheidsorganisatie meer winst te behalen is voor de volksgezondheid dan met de ontwikkeling van nieuwe medicijnen. NIVEL-onderzoek biedt aanknopingspunten.
Niet iedere patiënt slikt trouw de pillen die de arts hem voorschrijft. Soms willens en wetens, meestal per ongeluk. Bij gebrekkige ‘therapietrouw’ hebben medicijnen minder effect; levensverwachting en kwaliteit van leven van patiënten dalen en de kosten van de gezondheidszorg stijgen. Ondanks talrijke pogingen de therapietrouw van patiënten te verbeteren, is dit de afgelopen decennia niet gelukt. In een rapport uit 2003 noemt de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) verbetering van therapietrouw van groter belang voor de volksgezondheid dan de ontwikkeling van nieuwe medicijnen. Onderzoekers van het NIVEL (Nederlands instituut voor onderzoek van de gezondheidszorg) en van de disciplinegroep Farmaco-epidemiologie en Farmacotherapie, en de disciplinegroep Klinische en Gezondheidspsychologie van de Universiteit Utrecht, zochten naar effectieve ingrepen om de therapietrouw van patiënten te bevorderen en naar de theorie daarachter. Ze toetsten hun bevindingen aan een forum van internationale experts.
Hou het simpel
Juist de simpele oplossingen blijken het meest effectief. Bijvoorbeeld de dosering voor een dag in één pil, wordt minder vergeten dan drie pillen over de dag. Ook een eenvoudige reminder via een sms’je kan heel effectief zijn.
Handen ineen
Inzichten uit de verschillende disciplines moeten bovendien worden gecombineerd. Nu werken medici, farmaceuten, sociologen en technici vaak nog apart aan strategieën om de therapietrouw te verbeteren, terwijl ze met elkanders bevindingen hun voordeel kunnen doen. “De verschillende disciplines moeten de handen ineen slaan, en oplossingen bieden die voor alle betrokkenen handig zijn”, verklaart NIVEL-onderzoeker Sandra van Dulmen. “Therapietrouw ís niet alleen de verantwoordelijkheid van de patiënt. Het is een probleem dat ook de huisarts aangaat, de apotheker en de industrie.”
Luister naar de patiënt
Bovendien moeten patiënten veel meer bij de ontwikkeling van verbeterstrategieën worden betrokken, zo komt uit het onderzoek naar voren. Denken zij dat ze op een bepaalde manier trouwer hun medicijnen zullen gebruiken, dan is het waard daarop in te spelen. “Wil je het leven van patiënten aanpassen aan de medicijnen of omgekeerd”, verduidelijkt Van Dulmen. “Tot nu toe moeten patiënten zich vooral voegen naar de therapie. Met als gevolg dat ze dit vaak niet doen. Ze kunnen op bepaalde tijden hun medicijnen niet nemen, of vergeten ze.”
Individuele benadering
Dit vraagt dus om een individuele benadering van patiënten. Artsen moeten meer oog hebben voor de leefstijl, het levensritme en de voorkeuren van een patiënt, en de behandeling daarop aanpassen. Zij moeten ook meer doorvragen naar verwachtingen en ongerustheid van de patiënt over de therapie. Want een patiënt die eigenlijk geen heil ziet in de behandeling, zal makkelijker zijn pillen laten staan.
Invalshoek
Onderzoek naar therapietrouw blijft lastig en complex. Onderzoek je bijvoorbeeld hoe vaak een patiënt geneesmiddelen ophaalt bij de apotheek, kijk je naar restanten van medicijnen, of naar wat patiënten zelf rapporteren over hun medicijngebruik… Volledige therapietrouw is bovendien niet haalbaar en er is ook niet één recept om de hoogst haalbare therapietrouw te bereiken. Van Dijk: “Iedere patiënt is uniek. Wat bij de een werkt, heeft bij de ander geen effect. Maatregelen om therapietrouw te bevorderen moeten dus maatwerk worden, een uitdaging voor professionals én patiënten.”
Bron: Nivel