Longpatiënt loopt vaak behandeling mis

Artsen zijn vaak zo pessimistisch over mensen met chronische longproblemen, dat een passende behandeling achterwege blijft. Artsen denken in veel gevallen onterecht dat behandelen geen zin meer heeft.

Dat blijkt uit onderzoek van het British Medical Journal onder 800 patiënten met chronische longaandoeningen. Het gaat vooral om mensen met COPD, een overkoepelende naam voor aandoeningen als bronchitis en longemfyseem.
Uit het onderzoek komt naar voren dat patiënten die voor beademing in het ziekenhuis werden opgenomen, gemiddeld nog een half jaar in redelijke conditie bleven leven. De artsen voorspelden echter dat minder dan de helft van hen door de behandeling zou opknappen. Van de mensen met zeer ernstige longklachten sloeg de behandeling aan bij 40 procent. De artsen dachten vooraf dat dit bij slechts 10 procent het geval zou zijn. De behandeling bestond uit het inbrengen van een beademingsbuis voor tijdelijke beademing.

Artsen denken vaak dat een behandeling het leven van een longpatiënt dan wel rekt, maar dat de levenskwaliteit erop achteruit gaat. Ook zeggen zij dat een tekort aan IC-bedden vaak een reden is om chronische longpatiënten niet voor een intensieve behandeling op te nemen.

Bron: GezondheidsNet